Door Ramon Mensink, bewoner van De Saffier
Ik kwam in het najaar van 2015 naar Utrecht, vanwege mijn afstudeerstage. Het Hospitaal, een project van Socius Wonen, bood huisvesting in een verlaten ziekenhuis. Wonen in een ziekenhuis, een bijzondere ervaring, maar goed dat het een tijdelijk project was. Afijn, na mijn stage heb ik daar een baan aangeboden gekregen, waardoor ik een nieuwe plek om te wonen nodig had. Toen ik hoorde van dit project in een bejaardenhuis was ik verkocht. Hoe stom klinkt dat, als je eerst in een ziekenhuis gewoond hebt en op 25-jarige leeftijd je intrede doet in een bejaardenhuis?!
Toch is het wonen in De Saffier voor mij en mijn mede Hospitaal-gangers een hele verademing. Een eigen studio, met je eigen badkamer, toilet en keukentje, als je wilt, kun je hier als een kluizenaar leven. Gelukkig is De Saffier een erg sociaal project. Niet alleen slof je op je sokken naar je buren/vrienden voor een bakkie koffie, ook de senioren houden wel van gezelligheid. Hier kwam ik in de zomer van 2016 achter, waarbij FC Scootmobiel zich ’s avonds verzameld naast de hoofdingang, vervolgens een aantal flessen wijn lostrekt en zich smakelijk vermaken. Mijn studio bevindt zich boven de hoofdingang waardoor ik hun gesprekken en harde gelach zonder verlies van decibellen mee krijg. Ik moet er wel om lachen hoor, lig je dan; als ‘young professional’ die de volgende dag gewoon weer moet werken, terwijl de Benidorm Bastards zich ’s nachts prima vermaken onder het genot van enkele alcoholische versnaperingen. Ik ben niet iemand die op dit soort momenten uit zijn raam gaat hangen om ze even op het geluidsniveau te wijzen, ik vind het mooi dat ze genieten, pak vervolgens mijn oordopjes en ga tukken.
Ook het ochtendritueel is vaak dezelfde. Wanneer ik ’s ochtends vroeg naar buiten loop, is er vaak al één persoon uit de veren. De meeste bewoners scharen deze man (met vaak gewassen rode jas) dan ook onder het meubilair van De Saffier. Na 18:00 uur gaan de schuifdeuren niet automatisch meer open als je van buiten komt, je hebt dan de sleutel nodig. Laatst kwam ik terug van een stukje hardlopen en liep richting de schuifdeur van de hoofdingang. Een van de heren senioren die gezellig in de entreehal bij elkaar zaten, schoot als een jonge twintiger omhoog en bewoog zich soepel en snel naar de binnenzijde van de automatische schuifdeur zodat deze open ging voor mij en ik mijn sleutel niet hoefde te pakken. Ik loop naar binnen, bedank de man, en krijg de vraag op plat Utrechts “Zo jongen, hejje lekker getrimd?!”. Ik moest even denken; ‘trimmen’ een woord uit grootmoeders tijd, was dit hetzelfde als hardlopen?
Door de blend van mensen aan het begin en aan het einde van hun leven ontstaan vaker leuke, opmerkelijke situaties waarbij beide partijen iets van elkaar leren. Een erg leuk concept waarbij jong en oud meer begrip krijgen voor elkaar.